Eenzame uitvaart #290, gedicht

Brief aan een dode

Het raam was hartverscheurend
hoe het je vasthield in zijn sponningen
en je omlijstte als een foto, of een in perspex gegoten man
als een vlinder, kakkerlak, kleine vogel misschien
Ik zie het masker dat je droeg, olieblinkend
om wanen te verbergen, je jaagde met een hamer
op het niets dat bezit nam van je ogen, uur na uur
starend naar buiten

Ze zetten je kort gevangen, in een cel met een klein raam
dat jou onverschillig was
Kreeg er je er heimwee naar de gele giftige oleander
uit je geboorteland of naar de zijde eik, zijn hout gestolen
voor het schrijnwerk van ruiten, zijn geeloranje
bloemen als borstels?

Toen je daar, thuis, een maand lang lag
op de kale vloer in die kale kamer, keek het raam
voor het eerst naar binnen om te zien wie het was
die hem aanbad, dat is het enige dat ik weet
toch voel ik een liefde als voor een naamloze hond
die ook niet kan terugschrijven
en ik laat deze brief met jou begraven
in het grote niets

Sasja Janssen.

Eén gedachte over “Eenzame uitvaart #290, gedicht”

  1. Dankjewel voor de byzondere verhalen. Prachtig opgetekend en doet je beseffen dat niet iedereen omringd is door liefde en wamte ❤️

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *