Eenzame uitvaart #29, Den Haag

EENZAME UITVAART NUMMER 29, DEN HAAG
Bij het overlijden van de heer R. van der H.
(27 oktober 1947- 9 januari 2011)

Je buurman vond je na drie weken
Je was in bed gestorven of heengegaan
Zoals we dat bij begrafenissen zeggen
Om onszelf achteraf gerust te stellen

Maar toch: dacht je wel eens aan de dood
Of je bang zou zijn of juist erg opgelucht
Want op de dood bereidt iedereen zich voor
Juist op momenten dat we er niet aan denken

Eenzame man van drieënzestig jaren oud
Ik mag de woorden in de juiste volgorde zetten
Zoals jij je dingen in je huis een plaats toekende
Blikjes flesjes potjes alles in een ordelijk verband

Ik was even bij je buurman hij glimlachte
Om zijn herinnering je zei nooit veel, je groette
Hij groette terug je was in jezelf verzonken
Zijn lieve dochtertjes kwamen me bekijken

Dat was alles. Ik zag de straat de stoep de heg
Het portiek, twee treden, de groene deur
Later stond ik voor me weg te dromen
En keek mijn ogen uit over het voetbalveld

Kees ’t Hart

Op 11 januari 2011 kreeg ik een telefoontje van Henk van Zuiden over het overlijden van de Heer R. van der H. (63 jaar). Hij werd op 9 januari dood aangetroffen, hij heeft ongeveer drie weken dood in huis gelegen, een buurman had hem een tijdje niet gezien en had de politie gebeld. Er was weinig over hem bekend, Hij woonde sinds 1957, eerst met zijn ouders, op hetzelfde adres in Den Haag. Kinderen had hij niet, hij was niet getrouwd. Over werk en hobby’s was niets bekend. Ik hoorde van Carlo van Hagedoorn (van de gemeente Den Haag) dat het in zijn huis opvallend ordelijk was, alles was keurig gerangschikt.

Ik ben woensdag 12 januari naar zijn huis gegaan en belde bij een buurman. Deze vertelde dat de Heer Van der H. een rustige man was, die geheel op zichzelf stond, bezoekers had hij niet, voor zover hij wist. Hij fietste vaak, was altijd in de weer met zijn fiets en hij had in het leger gezeten. Hij groette altijd vriendelijk en ze maakten wel eens een praatje, meer niet. Hij verwees me naar een andere buurman, iets verderop, die had wat meer contact, maar hij was niet thuis.
Op donderdag 13 januari hoorde ik van Carlo dat de begrafenis op maandag 17 januari in Oud Eik en Duinen zou plaatsvinden. Om tien uur ’s ochtends. Ik ben zaterdag 15 januari nog terug geweest, weer waren de buren niet thuis. Het huis lag in een gemengde wijk van Den Haag en keek uit op een voetbalveld.

De begrafenis werd bijgewoond door de buren, twee oudere echtparen, Henk was er ook. Ook zij hadden hem niet goed gekend maar het was een vriendelijke man geweest, hij had de laatste tijd last van een opgezet gezicht. De begrafenis was minder sober dan anders bij dit soort gevallen, de Heer van der H. had gespaard voor een begrafenis. Ik had voor de zekerheid een cd met nocturnes van Chopin mee genomen (in een uitvoering van Idil Biret) , nummer 5 werd ten gehore gebracht en bij het verlaten van de kapel nummer 10. De kist was bewerkt en versierd, er lag een fraaie bos bloemen op, er waren acht dragers en zij droegen de kist ook werkelijk naar het graf.

Kees ‘t Hart