*
U was een volbloed
buitenaardse, een Martiaanse
naar het schijnt
We hoeven ons geen
zorgen te maken, er
komt geen invasie
want u was de enige,
nu zelf overleden,
overlevende
Zogenaamde ouders
verzonnen dat zogenaamde
kampverhaal: reptielenpraat!
Geen landgenoot begreep
een ruimtewezen, u kwam
in Slotervaart terecht
Daar woonde u met teddyberen
op een gebarricadeerde planeet
waar plastic bloemen bloeien
En sprak een zelfverzonnen taal
Reis nu maar rustig en oneindig
verder in deze houten raket
U was geen volbloed
buitenaardse, de Martianen
dat zijn wij
Joris van Casteren.